Twee deelnemers per school, van wie één uit de onderbouw. Het verhalend opstel wordt in het Nederlands geschreven. De lengte van het opstel ligt tussen de 500 en 700 woorden. Tijdsduur: tweeëneenhalf uur. De deelnemers mogen bij het verstrijken van de tijd hun laatste zin afmaken. Op de AI geeft het OL vijf onderwerpen op, waaruit iedere deelnemer één onderwerp kiest. Alle onderwerpen worden aan de jury meegedeeld. Aan de jury wordt tevens meegedeeld of het te beoordelen opstel door een onderbouw- of bovenbouwleerling is geschreven. De jury stelt een aparte rangorde vast van de onderbouw- en de bovenbouwleerlingen. Op basis van deze twee rangordes wordt de einduitslag voor dit onderdeel bepaald. Indien scholen na samenvoeging van de rangordes gelijk eindigen, is de onderlinge rangorde bij de bovenbouwleerlingen van deze scholen bepalend.
Het gebruik van computers van de organiserende school is toegestaan, mits deze computers zijn afgesloten van het Internet en spellingscontrole. Het gebruik van een eigen apparaat is niet toegestaan. Het gebruik van een mobiele telefoon is ook niet toegestaan. De opstellen worden voor zover mogelijk op de site van de AI gepubliceerd.
Verhalend opstel
